Dag 54: over laarzen en lappen
Net een rondje wezen fietsen over de dijk langs de IJssel. Alles groeit en bloeit, de meidoorn geurt bedwelmend en de mensen genieten van het zonnetje, terwijl de anderhalve meter en andere richtlijnen vervagen. Er wordt veel aan laarzen gelapt. Dat komt wellicht omdat het de goede kant opgaat. Het aantal sterfgevallen neemt af, evenals de IC-opnames en in de meeste landen worden de corona-maatregelen versoepeld. Nou ja, versoepeld… waziger, denk ik. Onduidelijker. Wat mag wie en wie mag dat wanneer en welke sancties staan dan waarop en zo. Lees hier het persbericht van de Rijksoverheid.
Feit is wel dat ik een beetje corona-murw ben inmiddels. Of had ik dat al verteld. Kijk, dat bedoel ik. Te lamlendig om even na te lezen wat ik hier wel en niet gemeld heb, hahahaha. Ik bespeur een soort lethargie. En een zekere mate van onverschilligheid. Ondertussen kan ik het eigenlijk nog steeds niet helemaal bevatten. Omvatten. Overzien. Is dit een incident dat over een paar jaar een zwart vlekje, een hobbeltje, in de geschiedenisboeken is, of verandert nu de hele wereld? Wat denk ik er zelf over eigenlijk? Waag ik me aan een voorspelling? Ach ja. Wij menschen zijn goed in het verdringen van akelige dingen. Ik denk dat het gewoon voorbij gaat. Over een jaar staan we weer massaal in de file. Verdringen we ons weer op stranden en in pretparken. Dumpen we onze rotzooi weer in zee. Pakken we weer te pas en te onpas het vliegtuig naar Verweggistan. In China is de luchtvervuiling al weer op hetzelfde peil als vóór de coronacrisis, las ik. Mensen zijn onverwoestbaar en rücksichtlos in hun aarde-vernietigende mars naar de toekomst.
Er zullen wel allemaal onderzoeken komen naar de manier waarop de overheid, het RIVM en de ziekenhuizen hebben gehandeld. Overal worden vraagtekens bij gezet. Want als stuurman is het zo makkelijk om achteraf vanaf de wal te roepen dat het allemaal fout is geweest en hoe het wel had gemoeten.
Maar goed. Ik ga verder met mijn schoenen poetsen. En mijn laarzen lappen. En frumbeltjes maken. O ja, en Niet Eten. Dat is een werkwoord. Niet Eten is gigantisch veel en intensief werk. Evenals vele medemenschen ben ik kilo’s aangekomen in deze weken. Die moeten er weer af, anders moet ik een nieuwe garderobe aanschaffen. En dat vind ik wel wat teveel van het goede eigenlijk. Dusss. Werk aan den winkel!